Feest op de VLA-Facebookpagina

Ergens deze zomer passeerde de 1000ste bezoeker op onze VLA-Facebookpagina.  Een ontzettend belangrijk gegeven, vermits er volgens outsiders tussen 1200 en 1400 aardrijkskundeleraren in Vlaanderen aan de slag zijn.   De vliegende reporters waren dus ontzettend nieuwsgierig naar deze bezoeker en trokken met een globe en mondmaskertje richting 1000ste bezoeker.

Ingmar Herreman ontving ons hartelijk in een leuke woonwijk aan de rand van Harelbeke.  De jonge leraar is volop woning en tuin aan het hertimmeren en reorganiseren. Ebenezer Howard[1] zou tevreden zijn over de invulling van de tuinwijkgedachte en vooral de tuin straalt de geografie uit: open ruimte zoals we het graag zien, een speelgedeelte voor de kinderen, een leuke waterpartij, pluimvee semi-vrij en een fijne zithoek waar wij een plekje vonden voor het lerareninterview.

Ingmar geeft reeds 11 jaar les in de derde graad in het Atheneum Bellvue Izegem, een kleine school waar hij zowel in ASO, TSO en BSO aan de slag is.  De opdracht aardrijkskunde combineert hij met wetenschappen en wiskunde.  Mm-geluiden bij onze vliegende reporters want hij is aan deze opdracht aardrijkskunde gestart vanuit de vooropleiding Fysica aan de UGent.  ‘Lichtjes in de ogen’ wanneer hij ons vertelt dat het koppelen van fysische aardrijkskunde aan de wetenschappen voor hem een evidentie is.  Hij vertelt ons in geuren en kleuren hoe hij geologie, kosmografie tot leven brengt in zijn lessen.   Lesgeven is duidelijk zijn tweede natuur.

 

Als afgestudeerde in de wetenschappen wou hij altijd ‘iets met wetenschappen doen’ en kreeg de kans om als interim wiskunde te starten in een school in opbouw.  Deze opdracht werd steeds verder uitgebreid en zo had hij vlot een full-time in open uren en zicht op snelle benoeming. 

Anderzijds heeft een dergelijke werksituatie ook het voordeel dat je als leerkracht mee bouwt aan de school, er is geen geschiedenis, je kan zelf je eigen pad uittekenen als leerkrachtenteam en in die vrijheid zit ontzettend veel creativiteit.  Zelf is hij eerder praktisch van aard maar met zijn creatieve collega vormen ze een dynamisch duo.    Dus fietst Ingmar alle dagen 40’ naar zijn favoriete werkplek met uitdaging.

De manier waarop we onze leerinhouden vorm geven is een favoriet gespreksthema onder leerkrachten.  Weer ‘lichtjes in de ogen’ wanneer Ingmar ons vertelt dat hij eigen cursus maakte en niet wil instappen in de invulboeken of handboeken gebruiken.  Hij kreeg een schouderklopje bij inspectie in het tweede werkjaar en vond dit pad van het maatwerk belangrijk. 

Lessen worden sterk ondersteund door aanschouwelijk materiaal en verbaal uitgetekend in dialoog met de leerlingen.  Ingmar gaf wel aan dat hij zich een pak zekerder voelde bij het uittekenen van de fysische onderwerpen.  Sociaal-economische thema’s worden, volgens onze jonge leerkracht, veel minder goed ondersteund door bronmateriaal en zijn minder duidelijk afgebakend.  Zich deze thema’s meer eigen maken is voor hem een werkpunt, stelt hij duidelijk.  Wij-vliegende reporters hadden op dat moment even oogcontact en zagen hier een belangrijke opportuniteit voor VLA-werking….

Op het vlak van excursies bleef Ingmar even op de vlakte.  Hij had geen vaste excursie ingepast in zijn jaarplanning, alleen de jaarlijks activiteiten van Geomobiel.  Ingmar trekt dan naar UGent om teledetectie, satellietbeelden en hoogtemetingen praktisch aan te pakken.  Ook een gps (en zijn tekorten) worden in de schoolomgeving uit de doeken gedaan. 

Op dit moment rijpen er ideeën in zijn hoofd: tussen met Qr-code op wandeling trekken en ruimtelijke ordening als thema inzetten.   Wij brachten even de nieuwe eindtermen en hun belang voor terreinvaardigheden aan en zijn ervan overtuigd dat Ingmar hier wel de koppeling zal maken in de nabije toekomst.  Ingmar had ook in september 2019 een project ingediend voor VLINDER maar werd niet weerhouden – we geven hem dan prompt de raad om opnieuw de website na te kijken.  Ook voor ‘Fietsbarometer’ had hij interesse maar door Corona ligt dit even stil.

Over vaklokalen als habitat voor de aardrijkskundeles praten we graag.  Ingmar geeft aan dat er geen echt vaklokaal aardrijkskunde is maar dat het fysicalokaal steeds meer evolueert in deze richting.  Heel wat postmateriaal leent zich makkelijk tot beide vakken en het lokaal oogt steeds voller. 

Ingmar is ervan overtuigd dat leerlingen soms weinig meer dan hun eigen omgeving kennen.  Als leerkracht aardrijkskunde vindt hij het fijn om hen de wereld te leren kennen, om hen te tonen hoe een plaats is ontstaan.  Met stelligheid wijst hij op de ongelijkheid: vreemd dat er bij geschiedenis zes jaar nodig is om de hele menselijke geschiedenis uit de doeken te doen, terwijl de geografen voor de hele geologische geschiedenis slechts twee lessen krijgen.  We stellen hem gerust – hij kan hier meer lesuren voor gebruiken!

Op de leerinhouden bomen we graag verder.  Ingmar stelt dat het jammer is dat je niet verder kan in het kosmografiethema. Leerlingen zijn dikwijls geïnteresseerd in de extremen (zwarte gaten, quasars ...). Als die een beperkte plaats zouden krijgen, net zoals de spectaculaire meteorologie (orkanen, windhozen ...) wordt hun interesse of enthousiasme iets meer beloond.  We stellen hem weer gerust want met de nieuwe eindtermen krijgen we net ruimte om deze extremen zelfs als een proevertje plaats te geven in de eerste graad. 

Neen, Ingmar is nog geen VLA-lid.  Hij kijkt soms op de website of op de facebookpagina, maar vindt voorlopig weinig concrete en voor hem bruikbare informatie. Hij is vooral op zoek naar informatie over sociale geografie en die is moeilijk te vinden, zelfs op het internet. Vooral omdat het ruime onderwerpen zijn die moeilijk af te bakenen zijn. Ook zijn collega uit de tweede graad worstelt soms met de aanpak of afbakening van sociale geografie. 

We beloven hier snel beterschap en hopen dat Ingmar ook kritisch kijkt naar de VLA-activiteiten welke we wel sterk uitvoeren (congres, excursies, georeizen, olympiade en publicaties).  Misschien kiest hij dan ook snel voor het lidmaatschap?  Hij is van harte welkom.

Of het lesvak ook de vakantiebestemming bepaalt is niet duidelijk.  Niet de bestemming, dat staat helemaal los van mijn job. Maar eenmaal aanwezig kijkt hij gericht naar geografische aspecten die hij kan gebruiken in de lessen. Weerom met ‘lichtjes in de ogen’ brengt hij aan dat hij twee jaar geleden op Ijsland rondreisde.  Dit leverde veel foto's en materiaal (zwart zand) die hij in de les kan gebruiken. Heimelijk droomde hij van een klasproject waarbij je IJsland op het juiste moment bezoekt en geologie en kosmografie kan combineren.

 

 

 


[1] Ebenezer Howard is de ontwikkelaar van de tuinwijkgedachte, ontstaan in de 19de eeuw in Engeland als reactie op de slechte woonomstandigheden van de arbeiders.  Zijn ideeën liggen aan de basis van tuinwijken en – steden met veel open ruimte, hoge woonkwaliteit en noodzakelijke functies.