Elke maand zetten we een Vlaamse leerkracht aardrijkskunde in de kijker.  In deze editie antwoorden de collega’s Katrien Plasschaert en Bernard Govaert op onze vragen.  Zij vormen een sterke aardrijkskundige tandem in het Sint-Lievenscollege te Gent.

Je coördinaten?  Waar geef je les?  Aan welke graad?  Hoelang sta je reeds in het onderwijs? Waarom geef je graag les?  Waarom is je werkplek zo’n speciale plaats?

Bernard Govaert: Ik geef sinds 3 jaar les op het Sint-Lievenscollege Humaniora in Gent. Ik ben dus een zij-instromer. Ik geef aardrijkskunde in jaar 4, 5 en 6 en ik doe dit samen met mijn Collega Katrien. Lesgeven was een heel bewuste keuze na jaren werken in de NGO-sector rond duurzaamheid, energie, klimaat en mobiliteit. Vooral het directe contact en de concrete inhoud van de job trokken aan.

Katrien Plasschaert: Ik stapte, na een passage aan de UGent en POM West-Vlaanderen,ook iets later in het onderwijs. Dat was een bewuste keuze: ik wou graag een actieve job, met veel contact met jongeren. Ik geef ondertussen 8 jaar met veel plezier les in het Sint-Lievenscollege Humaniora in Gent. Ik geef er aardrijkskunde in jaar 3, 5 en 6.

We werken onze lessen, excursies, evaluaties en materiaal grotendeels gezamenlijk uit. Daarom voelt het voor ons heel logisch om dit interview gezamenlijk uit te schrijven.

 

Waarom geef je graag les? Hoe geef jij je lessen? Hoe maak jij gebruik van de didactische principes? Welke werkvormen gebruik jij overwegend? Welke excursies organiseer jij?  Heb jij een vaklokaal? Zo ja, hoe heb je dat ingericht?

Lesgeven voelt voor ons een beetje als thuiskomen. Het is heel fijn om met de leerlingen aan de slag te gaan en hen in contact te laten komen met aardrijkskunde. Lessen over vulkanen en de big bang theorie zijn natuurlijk heel dankbaar om met veel beeldmateriaal te brengen. Maar ook andere thema’s kunnen vanuit de actualiteit snel herkenbaar worden gemaakt voor de leerlingen.

0nze focus is om de leerlingen vanuit een kritische blik de wereld rondom hen te laten analyseren en begrijpen. Samen met de collega’s economie werkten we voor alle zesdejaars een cursus ‘duurzaamheid en economie’ uit, waarbij we alle doelstellingen rond duurzaamheid kunnen behandelen en de leerlingen uiteindelijk zelfstandig een thema bespreken en uitwerken in een posterpresentatie.

We gaan zo vaak als mogelijk naar buiten om de leerlingen bepaalde terreintechnieken te laten uitproberen. Onze school ligt centraal in Gent, wat zich perfect leent voor een stadsexcursie rond ruimtelijke ordening en planning of nieuwe ontwikkelingen in de stad, of zelfs het gebruik van gesteenten in het dagelijkse leven. Daarnaast gaan we ook met alle zesdes naar de Vlaamse Ardennen om daar erosievormen, landschapsvorming en bodemvorming te bestuderen. Dit zijn altijd toffe momenten in het jaar die heel gesmaakt worden door de leerlingen.

We hebben op school maar liefst drie aardrijkskundelokalen met mooi kaartmateriaal, globes, posters, atlassen, een uitgebreide collectie stenen en mineralen en didactische muurtekeningen. We beschikken ook over drie smartboards. Dus we mogen zeker niet klagen op vlak van didactisch materiaal.

We hebben de afspraak met de volledige vakgroep om alle toetsen, opdrachten, oefeningen en examens digitaal te organiseren, uiteraard waar mogelijk. Onze leerlingen zijn het dus gewoon om heel regelmatig de laptop boven te halen en op die manier ook zelfstandig (kaart)materiaal op te zoeken en analyseren.

Uiteraard vinden we het ook een uitdaging om onze leerstof steeds op een actieve manier en via opdrachten aan te brengen. Het is makkelijker om naar docerende lessen en onderwijsleesgesprekken terug te grijpen, omdat je daarbij het gevoel hebt om meer leerstof in kortere tijd te kunnen verwerken.

 

Hoe kijk jij als leerkracht naar het vak aardrijkskunde? Welke veranderingen zou jij doorvoeren mocht je vrije keuze hebben en over alle middelen beschikken? 

Aardrijkskunde blijft volgens ons een van de meest relevante vakken. Zeker in deze tijden. Als maatschappij gaan we steeds verder staan van onze omgeving. Alles wordt abstracter, digitaler, onbevattelijker. Terwijl de nood aan inzicht in het complexe systeem dat onze aarde, omgeving en landschap is heel groot is. Op vlak van klimaatuitdagingen, gebruik van beperkte openbare ruimte, mobiliteit, landbouw, migratie is geografie als vak onontbeerlijk. Het is een kruispunt van fysische, sociale en economische wetenschappen. Het leert de leerlingen kritisch en met nieuwsgierigheid kijken naar hun omgeving en alles in vraag te stellen.

Op school hebben we in de richtingen met verdiepte wetenschappen drie graadsuren aardrijkskunde. Het vak zou, volgens ons, gerust meer lesuren mogen krijgen in de lesroosters. Om die reden vinden we excursies ook zo relevant: het stelt ons in staat om in 2 lesuren, een halve of zelfs volledige dag een verhaal compleet te kunnen brengen, leerlingen zelf dingen te laten ontdekken, etc.

Daarnaast zou het leuk zijn om meer vakoverschrijdend te kunnen werken. Er zijn zo veel raakvlakken in het programma, zowel met geschiedenis als fysica, chemie en andere wetenschappen. Helaas is dat praktisch vaak niet haalbaar.

 

Waarom ben jij lid geworden van de VLA? Hoe ondersteunt de VLA jou als leerkracht aardrijkskunde?  Waarop zou VLA nog veel meer moeten inzetten?

Katrien: ik maakte me lid van VLA zodra ik in het onderwijs stapte. De eerste jaren had ik veel aan de inhoudelijke nascholingen en contacten met anderen. Uit de VLA groeiden enkele vriendschappen en samenwerkingen met collega’s elders in Vlaanderen.

Vanuit de VLA nascholingen halen we nu vooral inspiratie voor onze excursies en opdrachten. Of leggen we contacten met externen die een workshop of lezing op onze school komen organiseren.

De VLA kan volgens ons nog inzetten op regionale samenwerking tussen leerkrachten. Het delen van materiaal zou de job een stuk makkelijker maken.

 

Bepaalt het lesvak je vakantiebestemming? Welke vakantieplaats zou je aanraden aan collega’s en waarom?

Wat wil je nog kwijt aan je vakcollega’s in Vlaanderen?

Bernard: Elk jaar spring ik op de fiets, samen met de kinderen. Het reliëf van de bestemming speelt dus een grote rol buit het uitstippelen van de route. Nederland is nogal plat. De Oostkust van de UK is best wel pittig. Volgend jaar richting Vogezen. Klimmen dus.

 

Katrien: Met het gezin trek ik vaak naar de bergen, we vinden dat heel rustgevend en genieten van de wandelingen en de rust. De voorliefde voor reizen, bergen en natuur is iets wat ik van mijn ouders (beide geograaf) als kind al meekreeg en ook graag wil doorgeven. Daarbij kan een korte geografische uitleg op elke bestemming natuurlijk niet ontbreken.

 

bernardKatrien

B&K klas1B&K klas2